Celia Cruz' spektakel in de jungle
Op 30 oktober 1974 werd in Congo (toen: Zaïre) een van de meest legendarische bokswedstrijden ooit gehouden: Mohammed Ali versus George Foreman. Bokspromotor Don King had de twee zwaargewichten een prijzengeld van 5 miljoen dollar in het vooruitzicht gesteld als ze het gevecht aan zouden gaan. De onderneming dreigde te mislukken toen King er niet in slaagde in de Verenigde Staten voldoende sponsors te ronselen. Maar toen bood de Congolese dictator Mobuto aan geld te storten als het gevecht in zijn land zou worden gehouden. Het evenement zou Congo even volop in de schijnwerpers van de internationale pers zetten.
Om de publiciteitsmachine rond de Rumble in the Jungle verder op te poken werden Hollywoodsterren en voormalige bokskampioenen ingevlogen. In het Stadu du Hai in Kinshasa ging een driedaags muziekfestival van start waar sterren als B.B. King, James Brown en Stevie Wonder acte de présence gaven. Maar absoluut hoogtepunt vormde het optreden van de Fania All-Stars en de flamboyante salsadiva Celia Cruz. In de Fania All-Stars speelden in die tijd onder de bezielende leiding van Johnny Pancheco de allerbeste muzikanten van het New Yorkse salsalabel Fania. Celia Cruz tekende in 1974 bij het label en toerde daarna met het gezelschap de wereld rond. In Kinshasa zette de bijna 50-jarige Cruz het stadion met 80.000 man volledig op z'n kop. De response was zo overdonderend dat de Fania All-Stars op dag drie een reprise gaven. Met gevoel voor ironie merkte de zangeres op dat de Afrikanen zo ontzettend veel leken op haar eigen familieleden.
Regisseur Leon Gast legde het spektakel vast op film en verwerkte het materiaal in Celia Cruz and the Fania Allstars in Africa (1974) en When we were Kings (1996).
Verder lezen:
- 'When we were Kings', De Filmkrant, April 1997
- 'Verlaat verslag over Ali in Zaïre, 1974', De Volkskrant, 17 april 1997
- ¡Azúcar! The Life and Music of Celia Cruz (online tentoonstelling over de zangeres van het National Museum of American History)
- Paul Claasen, 'Rauw en urbaan', De Groene Amsterdammer 32 (11 augustus 2006).